ICT op het werk

In het afgelopen decennium is op allerlei manieren gesproken over de inrichting van het werk. Het moderne werken, het nieuwe werken, Werken 2.0, het is in allerlei varianten voorbij gekomen. Het gaat daarbij niet alleen om de inrichting van de werkplek, kantoortuinen met aparte stilteruimtes, flexibele werkplekken. Het gaat ook om een menswaardige taakinvulling, een gezonde balans tussen privé en werk, en goede ICT voorzieningen.

Emotionele uitputting door ICT?

Uit de laatste werknemersenquête van TNO en CBS blijkt dat steeds meer werknemers met regelmaat emotioneel uitgeput zijn van het werk. Enigszins speculatief, dat wel, maar de alomtegenwoordigheid van digitale communicatiemiddelen speelt een stressverhogende rol.

Wat is dat, een goede ICT voorziening? We kennen allemaal het filmpje met de man die zijn beeldscherm in elkaar slaat:

Een ernstig gevalletje van TRA

De wetenschap is daar bovenop gedoken en sindsdien kennen we de term Technology Related Anger. Er zijn vele onderzoeken die aangeven dat niet goed functionerende ICT een stress-verhogende factor is in het dagelijkse werk. De techniek maakt steeds meer mogelijk, maar creëert ook nieuwe vraagstukken. Een tracking systeem in de (vracht)wagen verhoogt de veiligheid van de chauffeur (en lading), maar betekent ook dat de werkgever alle gangen van de werknemer kan nagaan. Als accountmanager werkt u wellicht autonoom met uw klantrelaties, maar als deze klanten u bij nacht en ontij kunnen bellen en u geacht wordt daarop te acteren, kan dergelijke autonomie ook een keurslijf worden.

Vertrouwde werkomgeving

In de beginjaren van ons bedrijf (beginjaren ’90) moest ik eens een programmaatje maken dat reiskosten moest uitrekenen, op basis van invoer en in het systeem aanwezige tabellen. Simpel programma, geoptimaliseerd om het resultaat zo snel mogelijk op het scherm te zetten. Het programma voldeed niet, want wat bleek: gebruikers vertrouwden het niet dat de computer zo snel antwoord gaf en gingen het resultaat controleren en zelf narekenen. Het klopte natuurlijk altijd, maar de onvrede over het programma bleef. In de tweede versie heb ik een timer ingebouwd met een kleine (tekst)animatie, die aangaf dat de computer hard aan het nadenken was. De manager, die wist dat ik verder niets gewijzigd had aan de functionaliteit in het programma, belde me terug dat iedereen nu enthousiast was en dat het programma veel beter werkte. Dat was een les over de ‘interface’ in optima forma.

Is het nu veel anders? Natuurlijk, want er kan zoveel meer. Computers zijn grafische alleskunners geworden. De beeldcultuur (wat mensen aan beelden gewend zijn),  is nu ook op alle schermen een dominante factor geworden. Werken met computer-devices (pc, laptop, tablet, smartphone) is in de loop der jaren veel meer grafisch en intuïtiever geworden: een ‘betere interface’, waardoor gebruik en integratie in onze dagelijkse bezigheden enorm is toegenomen. Met de keerzijde is dat deze devices ook een groot deel van ons leven zijn gaan bepalen en tot in alle privéruimtes zijn doorgedrongen. Als uw smartphone nu een geluidje geeft, gaat u dat eerst lezen en is het nog maar de vraag of u dit verder leest.

Je moet altijd ‘aan’ staan

Het tijd- en plaats-onafhankelijke werken, zoals het wordt gepropageerd, is ook een ‘allways on’ modus geworden voor de moderne mens in de moderne wereld. Altijd beschikbaar zijn voor het werk, ook in de privé tijd. Altijd in de stand om meteen te reageren, misschien niet in de uitersten van flight of figth maar wel altijd in een verhoogde waakzaamheid die zich ook uitdrukt in continue verhoogde en ongezond hoge hormoonspiegels in uw lichaam. Als u googelt op ‘burnout door werk’, gaat u zich overigens ook de vraag stellen of het aanbod de vraag bepaalt of dat er echt een reële vraag is.

ICT maakt veel mogelijk maar kan ook een negatieve invloed hebben, omdat het als instrument verkeerd gebruikt kan worden. Een elektronische agenda is een geweldig hulpmiddel, maar als deze agenda uw leven gaat dicteren en u voelt zich daar niet goed bij, is er maar één persoon die kan ingrijpen en dat bent u zelf.